Schooltuin De Buitenkans Basis Diepgang
Mensen die hun droom blijven volgen, zijn hoog te prijzen. De zakken plat, het hoofd in de schoot, de zaag aan de wilgen – het is wat niemand zich wenst. Twee jaar werkte een groep doe-het-zelvers in noeste volharding aan hun schooltuin, want geld was schaars. Het resultaat is van een zowel uiterste eenvoud als ultieme zeggingskracht.
Eendracht maakt zacht. Er zijn altijd mensen die door het geloofsvuur van anderen worden aangestoken. En daar startte het eigenlijk ook mee. Dat wil zeggen, het begin lag bij een lacune die wel vaker over het hoofd wordt gezien. Meestal leidt dat tot hopeloos stoplappen om zo’n gat weer te dichten. Hier spatte echter een mirakel van toevalstreffers als schitterend vuurwerk uiteen.
Praktijkonderwijs
Het Da Vinci College te Roosendaal verzorgt vmbo- en praktijkonderwijs in Horeca & Ondernemen, Techniek en Zorg & Welzijn. Ook is er Groep 8 om de overgang van basisschool naar voortgezet onderwijs te verkleinen. En er is de afdeling Praktijkonderwijs, voor ongeveer dertig leerlingen. Voor hen is schools leren door een lager IQ en/of gedragsproblemen niet weggelegd. Daardoor dreigen de talenten die ze wel hebben, ondergesneeuwd te raken. Behalve algemeen vormende vakken op eenvoudig niveau (Nederlands, Engels, wiskunde, maatschappijleer, computerles) zijn er vooral praktische vakken: tuin-, terrein-, dier- en plantenverzorging. Met een keet als uitvalsbasis brachten ze dat versnipperd in praktijk in de tuinen van andere Roosendaalse scholen en bij de gemeentelijke groenvoorziening.
Vervelende komma
Dat is geen ideale situatie, maar zo ging dat nu eenmaal. Met hen was ook onvoldoende rekening gehouden bij de nieuwbouw van het Da Vinci College. Die was nodig omdat de school verspreid over locaties in de stad zat. Bij een van die deellocaties woonden Jan en Claudia van Pul. Achter hun huis loopt een stuk land als een vervelende komma weg. Aangezien het geen tuiniers zijn, vroegen ze alle omwoners of die belangstelling hadden voor die laatste bochtige wortel van 2.000 m2. Allerhanden gingen in het haar, waarop de Van Puls aanklopten bij de school, en die trok meteen een kaarsrechte scheiding. Een schooltuin die leren, praktijk en begeleiding bijeenbracht, zou werkelijk fantastisch zijn! Maar, geld ontbrak, en bouwervaring.
Clusteren en klonteren
Ondertussen bood de gemeente Roosendaal gelijktijdig een stuk grond aan waarmee ze niks deed. Vervolgens vroeg een particulier die op een aanpalend kavel paarden had grazen of de leerlingen die niet konden verzorgen. Zo bezat de Praktijkschool ineens 18.000 m2. En het clusteren en klonteren kleide gewoon door. De provincie Noord-Brabant stelde € 200.000,- ter beschikking, mét de eis dat de voornemens ruimtelijke kwaliteit moesten bezitten. De school droomde niet alleen van een klaslokaal, maar ook van kassen, een dierverzorgingslokaal en een tuin. Ze waren al op Marktplaats wezen kijken voor een keet en een kas. Maar die digitale fröbelweg was nu afgesloten: ruimtelijke kwaliteit veronderstelde een ontwerp.
Groeimodel
‘Toen kwamen wij in het spel,’ vertelt architect Ad Kil van RO&AD Architecten. ‘De link was de door ons ontworpen houten woning van Jan en Claudia van Pul. Voor het weinige geld waarover de school beschikte, kun je niet heel veel maken, daarom bedachten we een groeimodel, dat begon met een klaslokaal. Het principe was: bouwen met de hand en zonder kraan.’ Dat kon goed lukken: het college heeft tevens een houtopleiding, waardoor leerlingen praktijkervaring konden opdoen. Zeer belangrijk was de bevlogen groenleraar Rini die zijn pensioen twee jaar uitstelde en één dag per week voor de bouw werd vrijgesteld; zelf stopte hij er ook z’n weekenden en vakanties in.
Jaarlijkse bedrijfsuitje
Het project won steeds meer sympathie, en ondersteuning en sponsoring. Zo zorgden de landschapsarchitecten van Vis à Vis Ontwerpers voor structuur in het terrein en ze fourneerden een klein budget. Een gepensioneerde timmerman uit de buurt hielp een paar uur per dag mee, evenals andere buurtbewoners in het weekend. De bouw van leraren, leerlingen en buren werd begeleid door de architecten en door aannemer Bergh Bouw. De dertig werknemers van de laatste floten hun jaarlijkse bedrijfsuitje tot een fors stuk aanbouw. De plaatselijke Rabobank betaalde de kastanje afscheidingshekken, de provincie offreerde fruitboompjes die ze over had en de lokale Rotary zamelde geld in. Van tevoren had niemand deze betrokkenheid van zoveel kanten kunnen verzinnen. Al nam de realisering nog twee jaar in beslag, de voortgang was wel steeds gewaarborgd.
Industriële barsheid
De Buitenkans met z’n sobere zadeldakvorm en gedekte kleuren past perfect bij de aarde. Toch heeft het zeker ook iets van industriële barsheid. Het 6 m brede langhuis ligt 100 m languit op het terrein met tuinen voor de moes, pluk, oefening, rood fruit, vaste planten, bloemen en motorisch grasmaaien. Een vijver vangt via een helofytenfilter het water op om de beesten, toiletten en tuinen te drenken, spoelen en sproeien. Voor het beeld is het langeafstandsvolume opgebroken in vijf eenheden, milieuvriendelijk gematerialiseerd in drie eenheden van half doorzichtig polycarbonaat en twee van hout ertussen. Daarbij zijn zowel de gevels als daken in deze materialen uitgevoerd. Als overgang fungeren zinken dakgoten. Het toegepaste houtproduct is geschroefd gepotdekseld Plato Vuren met FSC-/PEFC-certificaat (195 x 20 mm). Al naar de functie is gevarieerd in de houtconstructie en aankleding, wat vooral ’s avonds duidelijk wordt als de interieurs zich in kunstlicht tooien.
Briljante vondst
Naast ruimtelijke kwaliteit heeft RO&AD zo ook voor architectonische allure gezorgd. ‘Bij De Buitenkans gold een heel ander uitgangspunt: van niets naar iets gaan. Dat leidde tot uiterste puurheid in vormen, materialen, details en uitwerkingen. Volgens het principe “ruwbouw = afbouw” is zoveel mogelijk geassembleerd en zo min mogelijk getimmerd, geschilderd en gestuukt.’ Ondanks de rurale architectuur van de schuurvorm toont het gebouw in z’n abstractie niettemin modernistisch. Briljante vondst is de ruimtes koud achter elkaar te zetten en niet los in de ruimte of gestapeld. ‘Dat zou meer gevels en meer aansluitingen betekenen en dus hogere kosten.’ De toiletten staan in het klaslokaal. Intern ontbreken gangen en halletjes, wat 10 à 15% in het bouwvolume scheelt, en een aardig bedrag in geld. Met de buiten- en binnendeuren val je nu in de ruimtes.
Spijkerplaten
Achter elkaar gerijd maken 26 gepoerde portaalspanten van FSC-gecertificeerd hout het frêle bouwsel uit. De kassen en de ruimtes in open verbinding met buiten hebben spanten van duurder, duurzamer Douglas, de andere van goedkoper, minder duurzaam vuren. Ze hebben de maximaal hanteerbare maat die in constructiehout mogelijk is (235 x 100 x 6.000 mm); ze waren gewoon met een touw omhoog te trekken. Tussen de portaalspanten zitten lichtere houtconstructies (100 x 50 mm). Bij de dichte ruimtes zijn dat HSB-wanden (met vlasisolatie). De betimmeringen van wanden en plafonds zijn in vurentriplex, de deuren en kozijnen zijn van gelamineerd Iroko. Juist al dit vele natuurmateriaal geeft gevoelswarmte. De verbindingen zijn gemaakt met spijkerplaten. Deze verzorgen de dwarsstabiliteit, daarom zijn sommige 0,5 mm dik. Draadstalen windverbanden nemen de langsstabiliteit op zich.
Autarkisch
Van links naar rechts zijn de volgende functies in het kassen-en-schurencomplex ondergebracht: een volière, dierenverzorgingslokaal, klaslokaal, warme kas, berging (grasmaaiers, bladblazers, gereedschappen), carport met hooizolder, en koude kas. Iets verderop staat schuinsweg een gelijkvormig schapenhok; vanwege de hygiëne moest dit losstaan. Bedoeling was De Buitenkans autarkisch te maken, maar de vele terraria vergen zomer en winter zoveel stroom, dat er elektra moest worden aangelegd, en een watervoorziening. Op één dakvlak wacht een strookje van acht zonnepanelen op bijstand, maar die komt mettergeld. Een lucht-warmtepomp stuurt de vloerverwarming aan. Voor de ramen in het dieren- en klaslokaal zijn lamellen aangebracht, niet slechts als zonwering, maar ook als afscherming voor de leerlingen die snel afgeleid zijn.
Eigen identiteit
De modelschool zal allengs vergrijzen, en mooier worden. ‘De grootste winst is echter dat iedereen zo ontzettend trots is. En hoe geweldig is het niet dat deze kwetsbare groep leerlingen hier gemotiveerd een eigen identiteit kan opbouwen.’ Niet langer worden ze van locatie naar locatie gesold. De Buitenkans moet in die zin een precedentwerking hebben voor vergelijkbare onderwijsvoorzieningen elders in het land.
Het project ontving een eervolle vermelding bij BNA Beste Gebouw van het Jaar 2017 en een nominatie bij de Brabantse Stijlprijs 2017. Maar door de prachtige architectuur, de hartverwarmende krachtsinspanning van velen, de inhoudelijke lading en de maatschappelijke bijdrage zou het bij acclamatie de Scholenbouwprijs 2017 moeten krijgen.
Projectinformatie
Locatie: Bovendonk 111, Roosendaal
Ontwerp: RO&AD Architecten
Landschapsontwerp: Vis à Vis Ontwerpers
Aannemer: Bergh Bouw
Constructeur: ABR Roosendaal
Dit artikel is afkomstig van onze partner Het Houtblad
Tekst © Hans de Groot
Foto’s © Katja Effting